
Across the endless Eurasian plate, between the German city Duisburg and the Chinese metropolis Chongqing new connections are laid out. Cables, telecom infrastructure and railways form the new silkroutes between east and west. Haroon Sheikh follows this new eastern transport- and migration routes that embody the new global hegemony in a new series of articles in Dutch newspaper ‘Het Financieele Dagblad’. The first part will discuss Germany, the new moral super power, which is looking to the east for new opportunities and growth. Read further for the article in Dutch.
Op het station van Duisburg, de oude industriestad in het Ruhrgebied, wordt een wagon volgeladen met startmotoren en generatoren. De auto-onderdelen van Robert Bosch GmbH worden vervoerd door Trans-Eurasia Logistics, een samenwerking tussen de Duitse en Russische spoorwegen. De meeste internationale handel gaat per schip, omdat dat goedkoper is. Maar voor dure producten als auto’s en elektronica is het spoor een goed alternatief, dat bovendien veel sneller is. In maart 2014 heeft Volkswagen een enorm logistiek centrum in Duisburg geopend.
De wagon is onderdeel van een karavaan van vijftig treinstellen, die begint aan een veertien dagen durende reis over de Euraziatische vlakte, en die via Rusland en Centraal-Azië leidt naar een andere onopvallende, maar onwaarschijnlijk grote stad in het binnenland van China: Tsjoengking. Aangezien arbeid in Chinese kuststeden steeds duurder wordt, hebben bedrijven als HP, Apple en Foxconn productiefaciliteiten in deze stad opgezet.

Deze spoorverbinding wordt sinds het bezoek aan Duitsland van de Chinese president Xi Jinping in maart vorig jaar steeds intensiever gebruikt, maar het pad naar het Verre Oosten lonkt al lang. Europa kent al eeuwen een sterke drang naar het Oosten. Ontdekkingsreizigers als Marco Polo, de handelaren van de VOC en ook veroveraars als Napoleon waren bezeten op de oosterse welvaart en mystiek. Duitse denkers en schrijvers als Leibniz, Goethe en Hesse wilden de geheimen van het Oosten ontrafelen.
De laatste jaren wordt er gebouwd aan een eigentijdse verbinding tussen oost en west. Duitse technologie en organisatie banen zich een weg naar de grondstoffen van Rusland en de nieuwe markten en arbeidskrachten van China. Hierin is een subtiele, maar uiterst belangrijke verschuiving gaande.
Het Duitsland dat wij kennen hoort bij het Westen. Het is lid van de Navo, de Europese Unie, een belangrijke bondgenoot van de Verenigde Staten en het verdedigt westerse waarden tegen Russische invloed. Maar tegelijk is het land ook uiterst voorzichtig in de relatie met Rusland. De Duitsers hebben geen zin om opnieuw het slagveld te worden van de strijd tussen het Westen en Rusland, net als tijdens de Koude Oorlog.
haroon sheikh, strategist bij dasym:
‘De laatste jaren wordt er gebouwd aan een eigentijdse verbinding tussen oost en west. Duitse technologie en organisatie banen zich een weg naar de grondstoffen van Rusland en de nieuwe markten en arbeidskrachten van China.’
Het afgelopen decennium heeft Duitsland een nieuwe energie-infrastructuur richting het oosten gebouwd. Onder Gerhard Schröder is Northstream door de Oostzee aangelegd, een olie- en gaspijplijn direct uit het Russische Sint-Petersburg, die politiek gevoelige Oost-Europese landen omzeilt.
In diezelfde periode is het huidige Duitse exportapparaat opgebouwd: een industriële machine die hongerig is naar grondstoffen en goedkope arbeid. Eerst richtte de export zich op Europa, daarna op Azië. Sinds 2000 groeide de export van een derde van het Duitse BNP naar de helft daarvan.
Dit exportapparaat leeft op groeimarkten waarvan China de belangrijkste is. En de interesse is wederzijds. China moet zijn economisch model van goedkope arbeid naar hoogwaardige productie verschuiven, en Duitsland is hét voorbeeld van technologisch geavanceerde industriële productie.
Om te zien wat er op deze nieuwe Zijderoutes gebeurt, stap ik in Duisburg op een passagierstrein naar het oosten. Die rijdt door het Ruhrgebied, ooit de meest dynamische regio van het land. Dit was na de oorlog de motor van het West-Duitse wirtschaftswunder. Maar een halve eeuw geleden begon de stille revolutie die het Duitse pad zou verleggen van het westen naar het oosten.
haroon sheikh, strategist bij dasym:
‘De interesse is wederzijds. China moet zijn economisch model van goedkope arbeid naar hogwaardige productie verschuiven, en Duitsland is hèt voorbeeld van technologisch geavanceerde industriële productie.’
Terwijl tijdens de Koude Oorlog vooral de Amerikanen de confrontatie zochten met de communistische landen, ontwikkelde Duitsland een eigen Ostpolitik. Na de Tweede Wereldoorlog moest het land zich moreel rehabiliteren. Willy Brandt viel in 1970 symbolisch op zijn knieën bij de herdenking van de Poolse Joden in het getto van Warschau. Duitsland kon geen militaire macht meer zijn. Het keerde zich naar binnen en koos voor een andere rol. Onder Brandt zocht West-Duitsland toenadering tot Oost-Europa: openheid en economische betrekkingen in plaats van strijd. Het communisme moest overwonnen worden door betere betrekkingen: ‘Wandel durch Annäherung’. Of een variant daarop: ‘Wandel durch Handel’. De val van de Berlijnse Muur was voor de Amerikanen een bevestiging van Reagans harde aanpak. Voor West-Duitsland bewees het vooral het succes van de Ostpolitik.
Toen de muur vijfentwintig jaar geleden viel, drukte het oorlogsverleden nog een zware stempel op het land. Het is nu moeilijk om het je voor te stellen, maar Polen vreesde in 1989 nog dat Duitsland direct het in 1945 verloren territorium terug zou eisen. Ook de Fransen en Engelsen waren sceptisch over de hereniging van het land. ‘Twee keer hebben we de Duitsers verslagen en hier staan ze weer’, was de reactie van Margaret Thatcher. Onze eigen premier Ruud Lubbers was het vaak met Thatcher eens en ook hij had twijfels over de hereniging, iets wat hem waarschijnlijk het voorzitterschap van de Europese Commissie kostte.
Duitsland moest zich, zowat een halve eeuw na de oorlog, dus nog steeds bewijzen. Het nam de last van de vereniging alleen op zich. Zonder hulp van anderen heeft het jarenlang de broekriem aangetrokken en geïnvesteerd. Het heeft de levensstandaard van bijna 20 miljoen ossi’s opgetild, waarvan er één nu bondskanselier is. Deze Ostpolitik is een van de meest onderbelichte economische successen uit de recente geschiedenis.
Hoe anders zijn de afgelopen twintig jaar voor onze oosterburen geweest. Geen consumptiecultuur, geen huizenbubbel of schuldenberg. In plaats daarvan werden de lonen gematigd, huizenbezit ontmoedigd en werden er moeilijke hervormingen uitgevoerd. Terwijl de meeste westerse landen zich rijk waanden en leenden van de toekomst, hieven de Duitsers een solidariteitstaks en investeerden ze in de toekomst.
haroon sheikh, strategist bij dasym:
Hoe anders zijn de afgelopen twintig jaar voor onze oosterburen geweest. Geen consumptiecultuur, geen huizenbubbel of schuldenberg
Mijn trein gaat langs Stuttgart en het moderne, bloeiende industriële hart van Zuid-Duitsland en stopt bij het plaatsje Schwäbisch Hall. Het landschap staat hier vol grote en kleine zonnepanelen en windmolens. Weer zo’n stille revolutie: de ‘Energiewende’. Met wetgeving en subsidies stimuleert de Duitse overheid duurzame energieproductie. Op erg zonnige en winderige dagen komt meer dan twee derde van de totale elektriciteitsbehoefte uit duurzame bronnen. Vroeger werd de energie geleverd door de ‘grote vier’: E.ON, EnBW, RWE en Vattenfall. Inmiddels zijn er al zo’n 3000 regionale energieleveranciers, zo is mij verteld: kleine bedrijven, boeren, individuele consumenten en energiecoöperaties. Zo blijven de energie-inkomsten ook in de regio en draagt het beleid bij aan de lokale werkgelegenheid.
Waarom hebben wij in Nederland nooit zoiets gedaan? Ik vraag me af of Duitsland werkt aan een ander soort systeem, een duurzamer kapitalisme met een meer menselijk gezicht. In Nederland hebben wij lang het Angelsaksische model van individualisme, concurrentie en kortetermijnwinst gevolgd. In Duitsland zijn ze zeker sinds de crisis steeds sterker gaan geloven in een alternatief Rijnlandmodel, dat grenzen stelt aan de markt en bovenal gebaseerd is op coöperatie. Werknemersorganisaties bepalen mede het beleid van bedrijven. ‘Mitbestimmung’ heet dat. Bedrijven werken samen met de overheid en vakbonden in ‘Konzertierte Aktion’. Bedrijven werken samen met onderwijsinstellingen om misschien wel de meest kundige beroepsbevolking van de wereld op te leiden.
Op het gebied van technologie en data zet Duitsland zich in voor de bescherming van burgers, veelal tegen grote Amerikaanse technologiebedrijven als Google, Facebook en Apple. Duitse beleidsmakers zijn voorvechters van het recht op privacy en vergeten worden, en onderzoeken of deze bedrijven als monopolisten aangepakt kunnen worden. Voor Angela Merkel werd dit een persoonlijke queeste toen naar buiten kwam dat ook háár mobiele telefoon jarenlang was afgeluisterd door de NSA, de Amerikaanse geheime dienst.
Het nieuwe Duitsland doet niet aan dit soort klassiek machtsvertoon. Zijn macht is informeel en moreel, door een voorbeeld voor anderen te zijn en door machtsmisbruik aan te kaarten. Bij de uitbraak van de eurocrisis bleef het voorzichtig en weigerde het de leiding te nemen. Naarmate de crisis voortduurde, groeide de roep om Duits leiderschap, en die kwam uit verrassende hoek. In 2011 zei Radoslaw Sikorski dat hij de eerste Poolse minister van buitenlandse zaken is die banger is voor Duitslands afwachtende houding dan voor Duits ingrijpen.
haroon sheikh, strategist bij dasym:
In Duitsland zijn ze zeker sinds de crisis steeds sterker gaan geloven in een alternatief Rijnlandmodel, dat grenzen stelt aan de markt en bovenal gebaseerd is op coöperatie
Dat is de grote ironie van de geschiedenis. Ostpolitik werd uit nood geboren, want de wereld vertrouwde Duitsland niet na de oorlog. Van de nood werd daarna een deugd gemaakt, en Duitsland is sindsdien een nieuw soort wereldmacht geworden. In plaats van anderen tot iets te dwingen, stelt en volgt het zelf de hoogste normen. Duitsland is sinds de oorlog honderdtachtig graden gedraaid en een morele supermacht geworden.
Volgens de Duitse filosoof Peter Sloterdijk, bij wie ik een paar jaar geleden promoveerde, lag het keerpunt in 2005, toen Joseph Ratzinger tot paus Benedictus XVI werd verkozen. Het was een teken dat, na zestig jaar aan zichzelf gewerkt te hebben, Europeanen de Duitsers weer vertrouwden.
Deze legitimiteit is des te sterker buiten Europa. In Azië was Japan de grote boosdoener van de Tweede Wereldoorlog. Engeland en Frankrijk hadden grote koloniale rijken. Ondanks dat het enkele kolonies had, wordt Duitsland zo niet herinnerd. Opkomende landen wantrouwen de militaire en politieke invloed die Amerika wereldwijd uitoefent, maar Duitsland heeft dergelijke ambities niet. Het land heeft een unieke status tussen de gevestigde wereldmachten.
Duitsland kan in de wereldorde van de eenentwintigste eeuw een belangrijke schakel worden: als een brug tussen oost en west, als een informeel rijk dat een voorbeeld is op het gebied van duurzaamheid en menselijk kapitalisme. Een zachte macht die gelooft in ‘Wandel durch Handel’.
Terwijl ik uit het raam de nieuwbouw in Dresden voorbij zie komen en de Tsjechische grens nadert, daagt het mij: Duitsland hoort niet bij de ontwikkelde wereld. Het is een opkomend land. Het is immers jong: het verenigde Duitsland bestaat pas een kwarteeuw. In die tijd heeft het niet op krediet geconsumeerd, zoals Amerika en de rest van West-Europa, maar heeft het geïnvesteerd, net als China en de andere opkomende economieën.
En net als die BRIC-landen moet het zijn eigen weg nog vinden. Duidelijk is dat voor Duitsland het Oosten lonkt. Net als China is opkomend Duitsland gebaat bij een meer multipolaire wereld. Engeland en Frankrijk steunden de VS bij hun buitenlands beleid in Libië en Syrië. Duitsland stemde, samen met Rusland en China, niet voor militair ingrijpen.
Maar het Oosten is tegelijkertijd ook dreigend. Toen de ‘Energiewende’ begon, waren Duitse bedrijven wereldleiders op het gebied van zonne-energie. Maar die zijn nu door Chinese bedrijven uit de markt geconcurreerd.

Nadat we het onzichtbaar geworden IJzeren Gordijn zijn gepasseerd, eindigen we in Praag, waar reclames van Duitse multinationals groot op de billboards prijken. Nog een succes van de Ostpolitik. Toenadering en handel hebben in de 20ste eeuw het inefficiënte communisme van Oost-Europa veranderd. Maar zal het in de 21ste eeuw ook zo gaan met het dynamische communisme van de Chinezen? Misschien zal de toenadering ditmaal juist Duitsland veranderen. Nog dreigender is de situatie voor Oost-Europa. Want wanneer de machtsverhoudingen veranderen, staan hier meteen de grenzen van staten op het spel, zo hebben we het afgelopen jaar gemerkt.