The fragile boundaries of Eastern Europe
image by Het Financieele Dagblad

Haroon Sheikh, head of Dasym Research, is writing a series of articles for Dutch newspaper ‘Het Financieele Dagblad’. This weekend part 2 was published on the fragile boundaries of Eastern Europe. Read further for the article in Dutch.

Grote buurlanden kun je niet vertrouwen, zo leerde Polen in de 20ste eeuw, en zo ondervindt Oekraïne nu. De landen in de regio hebben veel potentie en zoeken naar samenwerkingsverbanden — want de Russische beer is nooit ver weg.

Vanaf het restaurant op het dakterras van Hotel U Prince kijk ik uit over de menigte op het Old Town Square in Praag. Het prachtige historische plein staat vol vrolijke Tsjechische jeugd, en Engelsen, Duitsers en Nederlanders die hier hun vrijgezellenfeest vieren. Met ‘pricefighters’ als EasyJet komen deze toeristen hier op vrijdagavond aan om een weekend in kroegen en disco’s door te brengen waar het bier goedkoop is en goed smaakt. Ze weten hier hoe je bier moet maken: ons woord ‘pils’ komt van de nabijgelegen stad Pilsen. Lopend door Praag kom ik bij het Wenceslasplein, dat vol staat met winkels en billboards van grote internationale merken: de stad is booming.

Praag mag dan populair zijn, Oost-Europa als regio spreekt weinig tot onze verbeelding. Het behoort niet tot het rijke Westen, maar het is ook niet zo dynamisch als Azië. We zijn geneigd er niet veel aandacht aan te schenken. Het is tekenend dat Nederlandse universiteiten momenteel allerlei Oost-Europese taalopleidingen aan het sluiten zijn. Sinds de afschuwelijke oorlogen in Joegoslavië in de jaren negentig hebben wij in Nederland eigenlijk voornamelijk in negatieve zin gesproken over arbeidsmigranten uit Polen en Roemenië. Oekraïense steden leerden we heel even op feestelijke wijze kennen tijdens het EK voetbal in 2012.

Maar vorig jaar veranderde dat beeld radicaal. De opstand in Oekraïne, de inname van de Krim door Rusland, de oorlog rond Donetsk en de aanslag op vlucht MH17 brachten de regio op brute wijze onder onze aandacht. Zonder al te veel moeite veranderde Rusland de kaart van Europa: iets wat we niet voor mogelijk hadden gehouden. ‘Negentiende-eeuws’ noemde de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken John Kerry dit. Was dit een uitzonderlijke annexatie, simpelweg gedreven door het megalomane karakter van Poetin, of zegt het iets fundamentelers over de regio? Hoe vast staan die grenzen? Dit zijn de vragen waarop ik een antwoord zoek terwijl ik door Oost-Europa trek.

Tsjechië

Tsjechië scheidde zich in 1993 na 75 jaar af van Slowakije, een verandering van de kaart die vreedzaam verliep. Toch wordt mij algauw duidelijk dat achter de gemoedelijke en optimistische sfeer van Praag de wonden van een duister verleden nog zichtbaar zijn. Een gids vertelt me dat de oude Joodse wijk van de stad nog zo mooi is doordat de nazi’s die bewust spaarden: na de holocaust wilden ze hier een museum maken voor het volk dat zij vernietigd hadden. Op het nu modieuze Wenceslasplein werd de Praagse lente in 1968 met harde hand door de Sovjet-Unie neergeslagen. In de 21ste eeuw is het gemakkelijk om te vergeten hoe de 20ste eeuw hier huis heeft gehouden. Vijftig jaar lang ging Oost-Europa gebukt onder de twee meest destructieve totalitaire ideologieën van de moderne geschiedenis: eerst die van de nazi’s, toen die van de Sovjets.

Bozena Van Mierlo-Dulinska:

‘Wij zijn angstig om optimisme te tonen. Wanneer ik als kind aan het spelen was, zei mijn moeder altijd: “Lach niet, want straks zul je huilen”.’

Ik neem de trein naar Polen en reis langs vlakke landschappen en grote boerderijen. Aangekomen in Krakau valt de bedrijvigheid op. Ook Polen zit in de lift. Op het dieptepunt van de eurocrisis, in 2009, toen het bnp van de EU met 4,5% kromp, groeide de Poolse economie met 1,6% en daarmee was dit het enige land dat nog groeide. De hardwerkende bevolking van het zesde land van de EU is actief in heel Europa. Multinationals investeren hier volop. De kroon op Polens opkomst was de beëdiging van oud-premier Donald Tusk tot president van de Europese Raad op 1 december 2014.

Ondanks deze successen is de sfeer in Polen niet ontspannen. De mensen kunnen nog niet geloven dat het nu echt goed gaat. ‘Misschien ligt het in onze volksaard’, vertelt de Pools-Nederlandse schrijfster Bozena Van Mierlo-Dulinska. ‘Wij zijn angstig om optimisme te tonen. Wanneer ik als kind aan het spelen was, zei mijn moeder altijd: “Lach niet, want straks zul je huilen.”’

Dreiging

Angst voor de toekomst is er zeker. Sinds de val van de Sovjet-Unie luisteren veel Polen, met name de ouderen in de dorpen, dagelijks naar Radio Maryja. De zender wordt geleid door de priester Tadeusz Rydzyk, die behalve het radiostation ook een universiteit heeft opgericht. Het geluid van Radio Maryja is conservatief, nationalistisch en zwanger van complottheorieën. De nationalistische oud-premier Jaroslaw Kaczinsky is vaak te gast op de zender, die Donald Tusk verwijt dat hij het te goed kan vinden met Angela Merkel. Radio Maryja kenmerkt zich door een sterk anti-Duits sentiment. Maar de grootste dreiging komt nu van elders.

De Poolse kranten staan vol verhalen over de dreiging van een Russische invasie. De inname van de Krim wordt gezien als het begin van een expansionisme dat Polen vaker heeft meegemaakt. Voor ons Nederlanders is Oekraïne ver weg, maar voor de Polen is het een buurland, wat hen gevoelig maakt voor Russische assertiviteit. Tijdens het EK in 2012 liepen Russische supporters door de straten van Krakau. Het beeld van Russische vlaggen in hun straten werd de Polen te veel en ze raakten slaags met de supporters. De historische wonden zijn nog vers in dit land.

Ukraine opstand (red - bron A_Lesik - Shutterstock.com)
Ukraine opstand – image by A. Lesik on Shutterstock

Ik vraag mij af wat Poolse kinderen hierover in de geschiedenisles leren, dus ik bezoek een middelbare school in een buitenwijk van Krakau. Daar word ik gewezen op een bijzonder 19de-eeuws boek, Pan Tadeusz van Adam Mickiewicz. Het is het nationale epos en verplichte kost voor alle leerlingen. Het opent zo: ‘Litouwen, mijn vaderland, jij bent als gezondheid. Hoeveel je waard bent, weet alleen degene die je is kwijtgeraakt.’ Wat opmerkelijk: Litouwen, mijn vaderland?

In het Wilhelmus zingen wij ook over de Spaanse koning en Duits bloed uit een lang vervlogen verleden, maar de Poolse tekst heeft nog steeds actualiteitswaarde. Van de zestiende tot de achttiende eeuw was het Pools-Litouwse Gemenebest een van Europa’s grootste en sterkste landen. Het land was progressief — de filosoof Rousseau schreef er een essay over — en de grondwet van 1791 was de eerste van Europa. Maar het tij keerde snel en het land verdween in 1795 van de kaart, verdeeld tussen Pruisen, Rusland en Oostenrijk. Dat zou Polen in de 20ste eeuw opnieuw gebeuren, toen het door Duitsland en de Sovjet-Unie werd verdeeld.

Claims op buurlanden

Na de val van het communisme, in 1991, waren veel landen bang dat de Oost-Europese grenzen weer zouden worden verlegd. Delen van westelijk Polen konden door Duitsland opgeëist worden, en in het oosten waren er elkaar overlappende claims van Polen, Litouwen, Oekraïne en Wit-Rusland. Er dreigde een conflict zoals in het voormalige Joegoslavië. Dit werd vermeden door het vooruitziende beleid van de Poolse president Lech Walesa en Krzysztof Skubiszewski, minister van buitenlandse zaken. Zij drongen erop aan om alle grenzen van 1945 aan te houden en ‘Europese standaarden’ te volgen. Het grote Polen zag af van alle claims op buurlanden: op voorwaarde dat zij dat ook zouden doen.

Ondanks interne oppositie respecteerden Poolse politici dat zij geen zeggenschap hadden over de Polen die in het naburige ‘vaderland’ Litouwen woonden en zo werd een ernstig conflict vermeden. Dit kwam niet alleen voort uit morele motieven. Poolse politici realiseerden zich dat als Rusland terug zou komen, Polen het sterkste stond als het goede relaties had met zijn buurlanden. Al aan het begin van de 20ste eeuw kwam de politicus Josef Pilsudski met het idee van een Intermarium: een bondgenootschap van de landen tussen de Oostzee en de Zwarte Zee, bedoeld om Ruslands invloed te verzwakken.

haroon sheikh, strategist bij dasym:

‘Terwijl ik het vlakke landschap vanuit de trein bekijk, bedenk ik dat Polen misschien wel een van de meest ongelukkige locaties op aarde heeft: geplaatst tussen de grootmachten Duitsland en Rusland, maar zonder natuurlijke barrières die bescherming bieden.’

De hernieuwde Poolse angst sinds de annexatie van de Krim is dus begrijpelijk, want deze daad opent een enorm vat vol sluimerende grensconflicten. Terwijl ik het vlakke landschap vanuit de trein bekijk, bedenk ik dat Polen misschien wel een van de meest ongelukkige locaties op aarde heeft: geplaatst tussen de grootmachten Duitsland en Rusland, maar zonder natuurlijke barrières die bescherming bieden. De geschiedenis heeft de Polen geleerd dat het lachen ze snel kan vergaan.

Ostpolitik

Zal het in de toekomst anders gaan? Sinds 1945 is Duitsland omgevormd tot een morele macht. Met de Ostpolitik zocht het toenadering met het oosten zonder zich militair te profileren. Zou de goede band tussen Angela Merkel en Donald Tusk het model kunnen zijn voor een toekomstige samenwerking? In plaats van voormalig grondgebied op te eisen, zou Duitsland een economische fusie met Polen aan kunnen gaan. Dat zou Polen eindelijk een gevoel van veiligheid kunnen geven. Het land zou daardoor minder van Rusland te vrezen hebben, waardoor hun relatie ook zou kunnen verbeteren.

Polen mag zich zorgen maken, Oekraïne is al het strijdtoneel geworden van het krachtenveld op de Euraziatische vlakte. Je kunt zien dat de grens tussen oost en west dwars door dit land loopt. Het westen van Oekraïne was lange tijd onderdeel van het Pools-Litouwse Gemenebest. Het is nog steeds katholiek en wil graag bij de EU. Maar het orthodoxe oosten ziet zijn toekomst bij Rusland.

Het gebied is van grote strategische waarde. Oekraïne was ooit de graanschuur van Europa doordat het veel ‘zwarte aarde’ (‘tsjernozjom’) heeft: bijzonder vruchtbare landbouwgrond. Buitenlandse invasies en desastreus economisch beleid hebben die productie geremd, maar het potentieel is enorm. Oekraïne is daarnaast rijk aan grondstoffen en het is de verbinding van Rusland met Centraal-Europa en de Zwarte Zee, waardoor de Russische vloot de wereldzeeën op kan. Daarom is de havenstad Sebastopol op de Krim zo belangrijk voor Rusland. Oekraïne is bovendien emotioneel belangrijk voor de Russen. Velen zien het als een onderdeel van het moederland en leggen het begin van hun cultuur bij de middeleeuwse ‘Kievse Rus’.

Opdelen

Eind vorig jaar zei de vorige Poolse minister van buitenlandse zaken Radoslaw Sikorski dat Poetin in 2008 aan Donald Tusk had aangeboden Oekraïne tussen Rusland en Polen te verdelen. Tusk ging niet in op dit onwaarschijnlijke voorstel, ook omdat hij weet hoe Polen zelf ooit door andere mogendheden is opgeslokt. Na de annexatie van de Krim stuurde het Russische parlementslid Vladimir Zjirinovski, die vaak radicale nationalistische standpunten verkondigt, een brief naar de ambassades van Polen, Hongarije en Roemenië met het voorstel om samen met Rusland Oekraïne te verdelen. Poetin zelf sprak in april 2014 over Novorossiya, Nieuw Rusland, een historische term voor het gebied dat van Oost-Oekraïne via de Krim tot aan Moldavië reikt.

Opmerkelijk is dat dit soort geluiden niet meer alleen uit Rusland komt. De omstreden Hongaarse premier Viktor Orban, die een sterke band heeft met Poetin, riep vorig jaar op om de 200.000 etnische Hongaren in Oekraïne meer autonomie te geven. Hij komt ook op voor de Hongaarse minderheden in Roemenië, Slowakije en Servië. Tegen de Hongaarse Roemenen zei hij dat de liberale democratie gefaald had en dat hij die wil vervangen met de volgens hem meer competitieve ‘illiberale staat’. Het model hiervoor zijn Rusland, Turkije en China — landen die ik later op mijn reis nog zal bezoeken.

haroon sheikh, strategist bij dasym:

De grenzen in Oost-Europa zijn altijd fragiel geweest en de inname van de Krim is daar een voorbeeld van. Wij West-Europeanen geven het te weinig aandacht. Ten onrechte

Oost-Europa is een vat vol grensconflicten en etnische spanningen. Denk ook aan het betwiste Transnistrië in Moldavië, de etnische Russen in de Baltische staten, de Roma in het hele gebied, en natuurlijk de Balkan. ‘Elke dader in de Balkan-oorlogen van de jaren negentig presenteerde zichzelf als het laatste bastion van Europese beschaving tegen oriëntaalse barbarij’, aldus de Sloveense filosoof Slavoj Zizek. Slovenië meende de grens tussen Centraal-Europa en de Balkan te zijn. De Kroaten zijn westerse katholieken en trokken een grens met het orthodoxe oosten. De orthodoxe Serviërs zagen zichzelf als de verdedigers van het christendom tegen de Bosnische moslims. Juist die laatsten hebben zich volgens Zizek het meest beschaafd gedragen.

De grenzen in Oost-Europa zijn altijd fragiel geweest en de inname van de Krim is daar een voorbeeld van. Wij West-Europeanen geven het te weinig aandacht. Ten onrechte. De grote Britse strateeg Halford John Mackinder ontwikkelde begin 20ste eeuw de Heartland-theorie, waarin hij Oost-Europa als de sleutel zag voor de wereldheerschappij. Dat leek lange tijd overtrokken, maar zolang wij het raadselachtige gedrag van Rusland niet begrijpen, zullen wij die gedachte serieus moeten blijven nemen.